Een uil eet zijn prooi in z’n geheel op. Met huid en haar. Botjes, haren en andere niet-verteerbare zaken braakt de uil later uit in de vorm van zogeheten uilenballen. In het Pater Dekkerhuis in Eerbeek konden kinderen maandag 28 december die uilenballen uitpluizen.
De activiteit van de plaatselijke IVN-afdeling trok kinderen uit Eerbeek en omgeving, die maandagochtend naar hartelust uilenballen konden pluizen. Teunie Oude Nijhuis van het IVN vertelde de kinderen eerst het nodige over de verschillende soorten uilen, hun voedsel, wijze van jagen en over hun nesten. Daarna gingen ze zelf aan de slag. De kinderen peuterden de braakballen uit elkaar en sorteerden keurig de restanten. Op voorbeeldkaarten konden ze de afbeelding van de botjes opzoeken en daarmee benoemen.
Jelle (8) uit Eerbeek had al het schedeltje van de woelmuis gevonden, naast een heleboel andere botjes van muizen, vogeltjes en kikkers. De 10-jarige Marnick had een skelet en een kikkerbotjes gevonden. “Of dat niet vies is, in het braaksel van een uil wroeten? Helemaal niet”, stelt hij beslist. En net als de andere kinderen plakt hij de gevonden botjes op een vel zwart karton.
De uilenballen heeft Teunie Oude Nijhuis gekregen van een medewerker van een uilen-werkgroep. “We hebben er genoeg voor alle kinderen”, vertelt ze.